Onnatuurlijk

Ik ga graag een stukje lopen net voordat de schemer invalt. Bij mij vandaan een klein stukje langs de openbare weg, en je zit in de prachtigste omgevingen.
Oud Woesduin, Vinkenduin, het bos van Barnard, Leiduin, noem maar op.
Zelfs de wegen ernaar toe zijn de moeite waard.
De kastanje bomen stonden op knappen, hier en daar wat schapen met lammetjes. Bloesem overal.
Wat koeien die van het nieuwe gras aan het smikkelen waren. Kortom, een prima manier om het overtollige vet kwijt te raken. En nog genieten van de natuur ook.
Tot mijn oog viel op een tegemoet komende wielrenner.
In een roze broekje, zo’n ballenknijper. En een roze truitje, veels te strak en het glom nog ook.
Gadverdamme, wielrenners!! niet oke.
Maar dan nog in het roze ook, das dubbel op.
Ik ging midden op het pad lopen zodat hij, of door mij heen moest rijden, of door de grote hoop paarden stront die daar nog enigszins lag na te smeulen.
Hij koos voor het laatste de tering miet.
Vloeken en tierend de stront in zijn ketting en een bruine streep op zijn roze reet, reed hij mij voorbij.
‘Pisnicht.’ Schreeuwde ik hem na.
Ik heb vriendinnen die het pertinent weigeren om roze te dragen, nog niet een string.
Roze is voor Barbie’s, of foute yuppen lullo’s, misschien weggelegd voor een enkele dame.
Maar zeker niet voor een zichzelf serieus nemend sportman.  
Oke, ballen hebben ze sowieso niet meer die fietsmieten, maar om dan gelijk in het nichten roze te gaan rijden.
Leer eens een band plakken inplaats van meteen te blèren om een nieuw wiel. 
Maar meneer Jack, in de Tour hebben ze ook zoiets als een roze trui?
Ja ja dat weet ik, en ik zal u meteen vertellen dat niemand daar in wil rijden. Het is een straf, een genante vertoning, een beschimping.
Als je niet met de echte mannen mee kon komen, onderaan de berg bleef steken, of liep te piepen over blaartjes en pijntjes, en je mede wielmieten werden je zat. Kreeg je voor straf de volgende dag de roze trui.
Met het gevolg dat je de hele dag voor lul reed, liet je het de volgende keer wel uit je kop om zo te pisnelen.
 Het zullen nooit mijn vrienden worden die kamikaze niets aan hun leven hebbende kwattende wieldebielen.
En was dan ook reuze blij de ik later in het bos vijf reetjes tegen kwam.
Gewoon in het Paas geel.